Graf: Mevr. J. PluimGeneratie op generatie wordt historisch onderzoek gedaan. Van langere tijd geleden komt nagenoeg geen nieuwe informatie meer beschikbaar. Wel is het mogelijk informatie met elkaar te combineren. Het digitaliseren van archieven helpt hierbij. Hierdoor weten we bijvoorbeeld meer van Jannetje Pluim. Zij is geboren op 6 februari 1864 en overleden op 6 oktober 1899. Jannetje is aansluitend op 9 oktober 1899 4e klas begraven op de Algemene Begraafplaats te Elspeet. 4e klas begraven betekende dat je op kosten van de gemeenschap werd begraven. Destijds was dat een schande. Het kwam regelmatig voor bij kinderen en oudere vrouwen. Jannetje Pluim was met haar 35 jaar juist in de kracht van haar leven. Deze uitzonderingspositie werpt wellicht meer licht op de praktijk achter het 4e klas begraven. Jannetje Pluim was getrouwd met Gerrit van Rhee (1861 - 1928). Samen hadden ze 5 kinderen, Woutertje (1887 - 1926), Jacob (1889 - 1915), Hendrikje (1892 - 1958), Jan (1894 - 1895) en Jan (1899 - 1981). Het verhaal achter de armoedige begrafenis wordt door het combineren van gegevens het volgende.
Het "bankje" van Jan van RheeVader Gerrit van Rhee had een kwetsbare gezondheid. Hij had iets met zijn longen, wij zouden dat astma noemen. Het wonen op een boerderijtje met een open vuur, vee op de deel en hooi op de hilde was dan geen pretje. Gerrit had veel last van zijn kwaal. Er kwamen veel taken op moeder Jannetje neer. De geboorte van Jan in 1894 en zijn overlijden in 1895 was een zware periode voor het gezin. Geboorte, ziekte en overlijden waren niet alleen psychisch en lichamelijk zwaar, het was ook een aanslag op de geringe financiële middelen. De volgende zoon werd ook Jan genoemd, in lijn met de gewoonte van die tijd. Na de geboorte werd moeder Jannetje niet meer de oude en zij kwam in oktober te overlijden. Door de combinatie van astma van de kostwinner, het overlijden van een kind en aansluitend de ziekte van de moeder waren de financiële middelen uitgeput. Jannetje werd op kosten van de gemeenschap begraven. Dit was openbaar, het gezin kwam hierdoor in een uitzonderingspositie. Het is niet bekend of het gezin diaconale hulp kreeg. Wel is helder dat deze niet zodanig was dat Jannetje normaal begraven kon worden. Hoewel het lijkt alsof het gezin aan de heidenen overgeleverd was, had Jannetje daar geen last van. Zij schonk haar Bijbeltje aan haar jongste zoon Jan. Jan heeft dit Bijbeltje zijn leven lang als een schat bewaard.
Je vraagt je af of het wel netjes is na meer dan 100 jaar nog na te gaan waarom iemand 4e klas begraven moest worden. Waar is de privacy? In dit geval is het ons gemakkelijk gemaakt. Zoon Jan, beter bekend als “Ouwe Jan van Rhee” is aan het eind van zijn leven diverse malen geïnterviewd. Jan was een authentiek persoon en zijn naam komt voor in een aantal artikelen en boeken, o.a. van Brand Overeem. Jan leefde teruggetrokken in zijn kleine boerderijtje aan De Krommeweg in Elspeet. Wel was Jan regelmatig mijmerend op zijn bankje te vinden aan de Schapendrift. Zijn jongere vriend, schaapherder Cos Mouw, kwam daar dagelijks langs met de schapen. Jan genoot hiervan en maakte zittend op het bankje graag een praatje. Hoewel Jan niet goed kon praten kon hij met zijn uitspraken een luisteraar toch flink aan het denken zetten. De verhalen van Jan die vastgelegd zijn gaan bijna altijd over keihard werken en toch armoede en gebrek lijden. Uiteraard is Jan op de hoogte geweest van de armoedige begrafenis van zijn moeder. Hij kon daar niets aan veranderen. Gemeentelijk gezien is het niet toegestaan op een dergelijk graf een monument te plaatsen.
Een tastbare herinnering aan dit verhaal is het bankje aan de Schapendrift. Voor oudere mensen is dit nog altijd het “Jan van Rhee” bankje. Het bankje heeft geen monumentale status en zal op termijn verdwijnen. Dit is tekenend voor het gemeentelijk monumenten beleid. Dit is erop gericht schilderijen en onroerend goed te bewaren. Financiën en efficiëntie zijn daarbij sleutel woorden. Monumenten worden verplaatst om de kosten te drukken. Laten we ons samen inspannen de herinneringen en verhalen te bewaren. Vroeger was het hard werken en armoede lijden. De hardheid van het leven was gelukkig regelmatig gecombineerd met geloof, hoop en liefde.